vrijdag 5 februari 2010

[juul] Zij

Zij slaapt.
Zij groeit.
Zij poept.
Zij gaapt.
Zij plast.
Zij huilt.
Zij eet.

Zij is aandoenlijk.
Zij is tijdrovend.
Zij is hulpeloos.
Zij is geweldig.
Zij is schattig.
Zij is lief.

Zij laat me lachen.
Zij laat me huilen.
Zij laat scheten.
Zij laat windjes.
Zij laat boeren.

Zij geeft me relativeringsvermogen.
Zij geeft me verantwoordelijkheid.
Zij geeft me vertrouwen.
Zij geeft me liefde.

Ik ben volwassen.
Ik ben onervaren.
Ik ben gelukkig.

Ik wil haar vertroetelen.
Ik wil haar verzorgen.

Ik houd van haar.